Geruchten op greenleaff
Geruchten op greenleaff
Blog Article
Anti de zestiende eeuw deed een opkomst met de standaardtalen, in de Nederlanden alsmaar krachtiger ons tegenstelling aanvoelen tussen de persoonlijk Nederfrankische standaard en het Hoogduits. Daar ontstond zo een behoefte het onderscheid uit te drukken. In Vlaanderen, Brabant en Holland begon men een lokale schrijftaal het Nederlands te benoemen en de Hoogduitse schrijftaal dit Overlands, bijvoorbeeld blijkt uit een in 1514 in dit toenmalige culturele centrum van de Nederlanden Antwerpen gedrukte Pronosticatie over den jare 1514 uten overlantschen ghetrocken in den nederlantschen ("Voorspellingenboek voor het jaar 1514 uit dit Overlands omgezet in het Nederlands"). In 1550 kan zijn dit woord Nederlands alang gemeengoed in dit Zuiden, getuige daarvan dit boekje met de Gentenaar Joas Lambrecht "Nederlandsche Spellijnghe".[24] Dit onderscheid betreffende het Hoogduits bleef desalniettemin niet beperkt tot een Nederfrankische gebieden omdat in de Nedersaksische streken noemde men een persoonlijk taal tevens nederlendisch.
De Wachtendonkse psalmen zijn nauwelijks autonome Nederlandse tekst, doch vertaalde glossen aangaande een in dit Latijn gestelde psalmberijming. Het werk is tegelijkertijd een oudste vindplaats over dit Nederlandse woord 'boek', daar gespeld indien 'buok'.
Dit economisch en bestuurlijk zwaartepunt in Brabant, Vlaanderen en Holland, betreffende om de 85% van alle Nederlandstalige inwoners betreffende een Nederlanden, weerspiegelde zichzelf in de dominantie aangaande de geschreven varianten uit die gewesten.[4] Deze schrijftalen waren academisch daar ze vooral op de kanselarijen betreffende vorsten, kloosters en steden en bijna niet door de ongeletterde inwoners werden aangewend.
Hoe langzaam dit proces moest verlopen mag blijken uit de analfabetencijfers, tegelijkertijd indicaties voor schoolbezoek, die om 1800 in de noordelijke Nederlanden alsnog een derde en in Vlaanderen een paar derden betreffende de volwassen bevolking omvatten.
Daardoor kan zijn de huidige verwantschap van dit Nederlands en Duits, welke voor een belangrijk deel verder op het Frankisch kan zijn terug te voeren, tevens groot, betreffende name wat betreft een woordvolgorde.
Dit Frankisch ontwikkelde zichzelf van de vroege middeleeuwen in het huidige Nederlandstalige gebied tot het Oudnederlands. Het Oudnederlands, dat verlangen is zeggen het Nederlands zoals dat van de 6de tot het midden aangaande de 12e eeuw werd gesproken, was de voorloper aangaande het Middelnederlands. De spelling van het Middelnederlands volgde de spreektaal, welke ieder regio krachtig kon afwijkingen. Het was aanvankelijk ook niet zo belangrijk toen er alsnog gering in een volkstaal op schrift werden gesteld en een meeste lieden, buiten de hogere geestelijke stand, ook analfabeet waren en er zeker ook niet heel wat gelezen werden. Gedurende de hele middeleeuwen werden al die serieuze geschriften en officiële documenten in dit Latijn geschreven wat de lingua franca aangaande een Europese elite was. In een 16e eeuw, destijds de geletterdheid bij de 'gewone' bewoners sterk steeg en daardoor verder het Nederlands aldoor belangrijker werden zodra schrijftaal, werden verscheidene pogingen ondernomen ons eenduidige spelling te uitvoeren.
Tenslotte gaf de Staten-Generaal opdracht teneinde de Bijbel vanuit een grondtekst te vertalen. Dit resulteerde in 1637 in ons vertaling welke vertrouwd werd wanneer de Statenvertaling. Voor deze vertaling werden een gulden middenweg gezocht tussen al die bestaande streektalen met het Nederlandse taalgebied. Fundering vormen een Frankische dialecten betreffende een gewesten Holland en Brabant. Saksische elementen zijn vooral de werkwoordsvormen op -acht (bracht, gebracht; dacht, gedacht) en dit wederkerend voornaamwoord zich. Een derde grote taal/dialectgroep in een Lage Landen, dit Fries, het immers ons eigen taal vormt, bezit bij een ontwikkeling met dit Standaardnederlands vrijwel geen rol gespeeld. De vertalers beschikken over betreffende een Statenbijbel ettelijke woorden en wetenswaardigheden (neologismen) geschapen welke ook heden de dag alsnog worden aangewend. Daar zijn tot op heden enige kerkgenootschappen die deze vertaling nog iedere keer in hun kerkdiensten gebruiken.
Tevens de vele immigranten, eerst uit Zuid-Europa en daarna uit Marokko en Turkije adopteerden dit Frans mits voertaal in hun contacten betreffende overheid en derden, en deden dit aantal Franssprekenden stijgen. Dit precieze reeks Nederlandstaligen (ingeval moedertaal) onder een Brusselse populatie kan zijn niet bekend; schattingen hierover lopen uiteen naargelang een politieke strekking welke de bron aanhangt.
Omdat daar sprake was aangaande een voortdurende latiniseringsproces (Hoetink, 1987), ging zelfs een koloniale elite van Nederlands-Protestantse afkomst zich op den duur beter bedienen in dit Spaans vervolgens in dit Nederlands. Pas na de komst aangaande een Koninklijke Shell kreeg Nederlands een status zodra dominante instructietaal in het onderwijs. Dit Nederlands is nu de taal betreffende het onderwijs, vooral met dit middelbaar onderwijs en een hogere scholen. Op enkele basisscholen wordt lesgegeven in het Papiaments en Engels. Wat een weinig tegen werd gewerkt aangezien iemand die hogerop wil komen, moet echt Nederlands beheersen.
Die worden creoolse talen genoemd. Een Nederlandse creoolse talen bestaan bijna elkeen uitgestorven maar dit Afrikaans wordt regelmatig desalniettemin ook wanneer een (half)creool gezien. Is het geval vervolgens zou het
Mits benaming voor het Nederlands gelden tijdens Middeleeuwen vooral varianten over Diets/Duuts, het woord Nederlands wordt in 1482 voor dit eerst aangetroffen. In een tweede helft over een 16e eeuw komt hier, mits synoniem, het woord Nederduytsch voor. Het betreft op deze plaats een samenvoeging over Nederlands/Nederlanden en Diets/Duuts (nadat een uu-klank in het Nieuwnederlands tot een ui-klank omboog) en vindt hoofdhaar oorsprong bij een Rederijkers.
In bijzinnen is een V2-regel ook niet aangewend en treedt daar (precies indien in dit Duits) inversie op in bijzinnen; een volgorde is dan pure SOV (Ik zag dat deze een deur dichtdeed). Een volgorde is dus:
Zie nader Nederlands in een IJsselmeerpolders. In dit noorden en dan met name in en rond Urk wordt er aangaande oudsher al ons dialect van dit Nedersaksisch gesproken.
Een Vertaalwoordenschat kan zijn een applicatie voor tweetalige woordenboeken welke immers relevant zijn click here doch commercieel niet snel geschapen zouden worden.